Het moratorium on Customs Customs van de Wereldhandelsorganisatie voor elektronische transmissies (het "Moratorium") verbiedt leden om douanerechten op te leggen aan "elektronische transmissies". Hoewel de term "elektronische transmissies" niet is gedefinieerd, impliceert het Moratorium in wezen dat het land geen invoerbelastingen oplegt aan B2C- en B2B-transacties die over de grenzen heen via internet plaatsvinden. Het Moratorium omvat daarom grensoverschrijdende handel in een reeks digitale goederen en diensten, waaronder software, digitale films, muziek en videogames en online juridische, bank- of zakelijke adviesdiensten.

Het essentiële karakter van het internet is afhankelijk van het vrije stroom van gegevens over de grenzen heen. Met de ontluikende e-commerce wilden veel regeringen echter douanerechten en controlegegevens over de grenzen opleggen. Hoewel dit door verschillende regeringen werd overwogen op basis van het feit dat ze hun eigen gegevens beschermen, zijn deze acties moeilijk te controleren en te kwantificeren over internationale grenzen heen. Met name ontwikkelingslanden die over het algemeen netto-afnemers zijn zouden deze transactie willen belasten om meer inkomsten te genereren

e-Commerce moratorium tot 2024

Sinds 1998 hebben de WTO-leden gedebatteerd over de vraag of douanerechten moeten worden toegepast op e-handels- en elektronische transacties en hebben zij besloten een “WTO-e-commercemoratorium” in te stellen dat in 2024 zou aflopen. Het moratorium op e-commerce biedt wereldwijd bedrijven, bedrijven in ontwikkelingslanden, met name kleine ondernemingen, en consumenten toegang tot een breed spectrum van innovatieve en kosteneffectieve elektronische diensten. Dit stelt hen in staat om nieuwe markten of doelgroepen aan te boren en deel te nemen aan internationale waardeketens of discussies.

Ongeveer een kwart van de wereldwijde handel wordt momenteel uitgevoerd via digitale kanalen, en dit aandeel zal naar verwachting de komende tien jaar toenemen met een percentage dat de handel in conventionele goederen overtreft. Het lopende debat in de WTO draait om de vraag hoe de ontluikende digitale economie effectief kan worden beheerd en belast zonder de groei ervan te verstikken.

Verlening van het e-commerce moratorium

Na lange discussies bereikten de WTO-leden een akkoord om het “e-commerce moratorium” te verlengen tot 14e Ministeriële Conferentie in 2026. Dit betekent dat het verhandelen van online diensten zoals apps, games en software, samen met digitale inhoud zoals muziek, video's en andere bestanden, minimaal tot 2026, vrij blijft van invoerrechten.

Het is duidelijk dat deze lange discussies cruciaal waren bij het veiligstellen van de verlenging van het moratorium voor e-commerce, een stap die velen overrompelde, vooral nadat ambtenaren van de Europese Unie een mogelijke ineenstorting van de gesprekken hadden gesuggereerd. Deze last-minute overeenkomst markeerde een kritiek punt, waardoor wat als een alomvattend falen zou kunnen worden ervaren, werd voorkomen. Het besluit om het moratorium te verlengen biedt bedrijven de nodige tijd om zich aan te passen, hoewel het vragen oproept over de toekomst van de digitale handelswetgeving.

Bron: PublicCitizen en Shipping and Freight